IPO blij met Wet Collectieve Warmte
17 december 2025
De Wet collectieve warmte (Wcw) is aangenomen in de Eerste Kamer. Deze wet vervangt de huidige...
Lees meer
Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen en netbeheerders kiezen ervoor om komend jaar een nieuwe, integrale werkwijze in de praktijk te toetsen en waar nodig verder te verfijnen. Daarbij worden ze ondersteund door een nieuw nationaal Programma Energiesyteem in oprichting. In december heeft het Bestuurlijk Overleg Klimaat en Energie hiervoor de contouren vastgesteld van een nieuwe interbestuurlijke samenwerking aan het energiesysteem van de toekomst.
Een toekomstbestendig energiesysteem vraagt om een nieuwe interbestuurlijke samenwerking gebaseerd op meer concrete keuzes, heldere rollen en verantwoordelijkheden en effectieve kennis- en data-uitwisseling. Er is daarnaast behoefte aan mogelijkheden om bindende afspraken te maken tussen alle betrokken partijen. Deze ambities komen samen in een nieuwe interbestuurlijke werkwijze, die voortbouwt op ervaringen binnen de Regionale Energiestrategieën, Transitievisies Warmte en Warmteprogramma’s, Energievisies en andere lopende trajecten.
Hoofdlijnen van de nieuwe werkwijze
In het Consultatiedocument Interbestuurlijke samenwerkingsafspraken staan de belangrijkste onderdelen van de nieuwe werkwijze beschreven. Vraag en aanbod worden in energiebeelden zoveel mogelijk per schaalniveau in samenhang gebracht, zodat energievragers duidelijkheid krijgen over het toekomstige aanbod. Systeemintegratie vormt daarbij het uitgangspunt. Om de uitvoering te versnellen kunnen op elk schaalniveau wederkerige afspraken worden gemaakt over de benodigde energie-infrastructuur en de bijbehorende randvoorwaarden. De opdrachten van de drie bestaande nationale programma’s NPLW, NP RES en SP IPE worden samengebracht in één nieuw nationaal programma dat gemeenten, regio’s, provincies, waterschappen, netbeheerders, bedrijven en maatschappelijke partners vanaf 2027 ondersteunt in deze transitie.
In de nieuwe werkwijze spelen de Energyboards en de Energieregio’s een belangrijke ondersteunende rol. Hier komen beleid en uitvoering samen en zitten overheden, netbeheerders, bedrijven en maatschappelijke partners gezamenlijk aan tafel. De behoefte aan meer structuur en samenhang – bijvoorbeeld rond de realisatie van energie-infrastructuurprojecten of de verdeling van bronnen – neemt toe, terwijl maatwerk per gebied noodzakelijk blijft. Komend jaar wordt daarom in de praktijk getest hoe rollen en verantwoordelijkheden het beste kunnen worden aangescherpt waarbij de lokale en regionale context en de samenhang met andere ruimtelijke opgaven worden meegenomen.
Start pilots voor duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar energiesysteem
De nieuwe werkwijze start al in 2026 met een aantal pilots, waaraan alle betrokken partijen deelnemen. Op ieder schaalniveau worden de vraag en het aanbod in kaart gebracht, om inzicht te krijgen in de stappen nodig zijn. Op basis van dit energiebeeld wordt duidelijk welke afspraken tussen de verschillende partijen nodig zijn met als gezamenlijk doel een duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar energiesysteem in 2050. Hiervoor worden in het tweede halfjaar van 2026 definitieve samenwerkingsafspraken vastgesteld.
Vanuit het nieuwe nationale programma in oprichting worden de pilots ondersteund, vanaf 1 januari 2026 onder leiding van kwartiermaker/beoogd directeur Maureen van Eijk. De tijdelijke samenwerking rondom ISA (Interbestuurlijke Samenwerkingsagenda) is hiermee afgerond. Dan begint ook de transitiefase van de samenvoeging van de drie nationale programma’s tot één nieuw programma. Op 1 januari 2027 zal het Nationaal Programma Energiesysteem officieel van start gaan.
Consultatieversie Resultaat ISA – 29-9-25Deze link opent in een nieuw tabblad