In het onderstaande artikel van iBestuur leggen we het complete verhaal over de kerndataset uit. We bespreken de context, aanpak, resultaten en blikken vooruit op de vervolgstappen.
Provincies hebben zich gecommitteerd aan de afspraken van het Klimaatakkoord.Het is belangrijk om te controleren of de gemaakte plannen en beleid het gewenste effect hebben. Daarvoor moeten de provincies meten. Hiervoor is het belangrijk dat de provincies volgens dezelfde standaarden meten, zodat het effect tussen provincies vergeleken en opgeteld kan worden. Dit is alleen mogelijk met vergelijkbare begrippen en eenheden. Daarom is een verkenning uitgevoerd naar een kernset indicatoren voor de monitoring van klimaatbeleid in de provincies.
Gemeenschappelijk functioneel ontwerp monitoring klimaatbeleid
In het rapport ‘Mijlpalen op weg naar Parijs’ werd het voorstel gedaan om voor eind 2021 binnen het IPO de belangrijkste basisspelregels voor monitoring van het klimaatbeleid gemeenschappelijk vast te stellen en te komen tot een kerndataset. En daarbij te komen tot een gezamenlijke agenda om deze kerndataset in 2022 verder door te ontwikkelen.
‘In de energietransitie is het belangrijk om samen op te trekken en daar hoort bij dat je over en weer heldere informatie kunt uitwisselen en dezelfde taal gaat praten. Daarom werkt ook NP RES mee aan het ontwikkelen van kernindicatoren en eenduidige definities op de belangrijkste onderwerpen. NP RES was een vaste gesprekspartner in het traject van het IPO en werkt tegelijkertijd aan een aanvullende set van indicatoren die horen bij de opgave en specifieke aandachtsgebieden van de RES regio’s. Dit doet NP RES weer samen met de decentrale overheden, het rijk en kennispartners.’
Jeroen Hovens - Thema-trekker Data en Monitoring NP RES
‘Het vormgeven van het Gemeenschappelijk Functioneel Ontwerp was een intensief maar mooi proces. Er ligt nu een stevige basis voor de monitoring van het Klimaat Akkoord, vooral voor Gebouwde Omgeving en Elektriciteit. Ook de samenwerking is erg goed bevallen: met oog voor ieders belangen, zodat je tot een kerndataset komt waar alle overheidslagen mee uit de voeten kunnen.’
Gerdien van de Vreede - Themaleider Datagedreven planvorming energietransitie, VNG
“Het Ministerie van EZK vindt het belangrijk dat bij de monitoring van het klimaatbeleid op alle niveaus zoveel als mogelijk gewerkt wordt met indicatoren die vergelijkbaar en optelbaar zijn. En ook dat de informatie over de voortgang van het klimaatbeleid toegankelijk is voor alle betrokkenen. Daarom maken we afspraken met de decentrale overheden over een kernset van indicatoren en ondersteunen we dit, samen met RVO en RWS, door een doorklik naar de regionale/provinciale/ gemeentelijke cijfers in de Regionale Klimaatmonitor vanuit de nationale cijfers in het Dashboard Klimaatbeleid mogelijk te maken. We ervaren deze samenwerking als heel constructief!”
Kim Hermans - Coördinerend strategisch beleidsadviseur, Ministerie van EZK
‘We hebben grote waardering voor dit samenwerkingsproces en de regie die met name IPO daarop heeft gevoerd. Het proces is op een pragmatische manier ingevuld en leidt tot wederzijds begrip tussen gebruikers en leveranciers van data. Provincies, gemeenten, regio’s en de kennisinstellingen die hen bedienen spreken vanaf nu dezelfde taal. Dat leidt tot minder spraakverwarring, maar ook tot een efficiëntere uitvoering van de energietransitie. We zijn trots dat we dit proces mogen faciliteren door met de Regionale klimaatmonitor de ‘landingsplaats’ te bieden waar de geselecteerde gegevens beschikbaar zijn. De Regionale klimaatmonitor is het afgelopen decennium ‘met en voor’ de gebruikers ontwikkeld. Met deze samenwerkingsafspraken structureren we dit proces voor het komende decennium.’
Gert Nijsink - Programma-adviseur Regionale klimaatmonitor, Rijkswaterstaat